bird
maandag 29 april | 03.56 uur

Koos Tromp uit Poederoijen: 'Ik ben geen stilzitter'

07-12-2023 09:20
uur
Door: Rein van Willigen
071223_KoosTrompHHB
Koos Tromp is een van de initiatiefnemers voor het plaatsen van herinneringsborden langs de Waal. Foto: Rein van Willigen

POEDEROIJEN - "Ik wil me geen historicus noemen. Ik noem mezelf een hobby geschiedvorser. Ik zoek het allemaal wel uit", klinkt Koos Tromp (1953) bescheiden. Mede dankzij hem krijgen de verongelukte piloten van de in de Tweede Wereldoorlog in de Bommelerwaard gecrashte vliegtuigen een gezicht. 

Voor de woning van Koos staat een bord met de mededeling 'Te Koop'. Een lachend bijtje maakt duidelijk dat niet het huis in de aanbieding is, maar potjes gevuld met honing. "Hoe kom ik aan de bijenhouderij?" vraagt Koos aan zichzelf in zijn rol van imker. "'s Maandags kwam juffrouw Van Wijgerden van de Nutsspaarbank naar school. Ik kreeg van thuis een kwartje mee. Daar kreeg ik van haar een spaarzegeltje voor waar een bijenkorf op stond. Ik denk dat ik daar de tik voor het houden van bijen gekregen heb."

Archieven
Nadat Koos zijn klompen heeft achtergelaten, steekt de oud-Bommelaar, een vlotte verteller, van wal. "Ik heb altijd iets met geschiedenis gehad. Op de christelijke lagere school al. Ik ben mijn eigen geschiedenis aan het opschrijven. Als ik daarmee klaar ben, stop ik het in een envelop en geef het aan het Streekarchief in Tiel. Met de mededeling: 'Als ik er niet meer ben, doe je er mee wat je wilt!'"

Koos is bezig met een boek. "Wat ik weet is niet altijd correct. Ik zoek eerst gegevens in de archieven op." Vervolgens bezoekt hij tachtigplussers. Licht aarzelend: "Ik heb vierhonderd kantjes tekst."

Dodenherdenking
Een ander verhaal betreft zijn onderzoek naar neergestorte vliegtuigen. Dat begon in 2014. "In dat jaar bestond Poederoijen 1200 jaar." Voor Koos een reden twaalf eeuwen later vier speciale kranten met geschiedenisverhalen uit te brengen. "De mensen een beetje geschiedenis bijbrengen."

Zo komt hij het verhaal van de neergestorte Vickers Wellington, een bommenwerper, tegen. "De vijf Engelsen, omgekomen bemanningsleden, liggen bij de kerk begraven. Om het één en ander uit te zoeken kost veel tijd." Wat dichterbij huis is Adrianus van Zee. "We staan tijdens de dodenherdenking altijd bij zijn graf, maar wat is het voor een man?" Koos zoekt het uit en maakt van deze man uit het verzet een videopresentatie. "Er kwam veel volk kijken," zegt hij.

Opgekalefaterd
Jaren later is Koos met Piet Stoel uit Zuilichem in het Sky of Hope WO2 & Vliegeniersmuseum in Vuren. Daar ziet het tweetal informatieborden over neergestorte vliegtuigen. "Ik zeg tegen hem: 'Wij willen ook zulke borden voor Zuilichem en Poederoijen." Het begin is er. "Hetzelfde formaat zie je nu van de West Bommelerwaard tot in Buren. Vanwege Operatie Market Garden (de slag om Arnhem, september 1944) zijn hier veel vliegtuigen naar beneden gekomen."

Koos is een vat vol boeiende verhalen. "Er is ook een vliegtuig geland. Wonder boven wonder was er nagenoeg geen schade. De bemanning dacht dat ze in Engeland zaten. Maar ze waren in de Gandelwaard, in het Munnikenland, bij Loevestein geland. De Duitsers hebben het vliegtuig opgekalefaterd, een eenmalige startbaan aangelegd en het naar Gilze Rijen gevlogen. En van daaruit naar Rechlin. De Duitsers hebben er mee geoefend. Later hebben de Russen het wrak afgevoerd. Er zat geheime radioapparatuur in", weet Koos.

Geborgen
"Op kerstavond 1944 is er nog een vliegtuig neergestort. Een Hawker Typhoon." Vlakbij het Monument scheiding Maas en Waal. "Het is in de blub gedoken. In de oorlog werden de lichamen van de overledenen geborgen en tijdelijk begraven. Later kregen ze, na identificatie, een eigen graf op één van de oorlogskerkhoven, bijvoorbeeld Groesbeek, Bergen op Zoom of Uden. De bemanning van het neergestorte vliegtuig in Bruchem is er levend uitgekomen."

Koos heeft heel wat informatie van getroffen vliegtuigen uitgediept. "De teller staat op 21. Alleen geallieerden. De Duitse vliegtuigen laat ik aan de volgende generatie over."

Verbouwd
De metalen informatieborden kosten 3500 euro. Koos: "De gemeenten Zaltbommel en Maasdriel doen goed mee. En de Van Voorden Stichting, de Rabobank. En donaties van particulieren." Lachend: "Ik ken de halve Bommelerwaard. Als ze mij zien aankomen, zeggen ze: 'Daar heb je die lange weer; douw gauw je portemonnee weg.'"

Koos' eigen geschiedenis begint in 1953 in Het Homeopathisch Ziekenhuis van Oudenrijn. "Ik ben dus geen echte Bommelaar", zegt de historicus in hem. "Pas vier dagen later kwam ik in Bommel, in de Oldenbarneveltstraat." Ruim veertig jaar woont hij al in Poederoijen. "Ik ben geen stilzitter. In de periode '81-'83 heb ik dit huis zelf verbouwd. Er later een schuur aangezet. Een kippenhok, een paardenstal, een bijenstal en een schapenstal."

De tijd tikt genadeloos door. Koos heeft zeven kruisjes afgevinkt. Met een blik naar buiten: "Heb ik heimwee naar Bommel? Dat weet ik niet", luidt zijn antwoord. "Ik vind Bommel een beetje afstandelijk. Ik belde een keer met de gemeente, vroeg de medewerker: "Poederoijen, waar ligt dat?"

Tags

Koos Tromp,Hallo Hier Bommel