bird
vrijdag 26 april | 20.19 uur

Rijkswaterstaat gaat aan de slag met Afgedamde Maas

24-06-2022 14:07
uur
slijkwellsenoord
Onderaan in dit artikel staan ook de foto's van de maatregelen in de Doornwaard en de Poederoijense Waard. (Foto: Ingenieursbureau Arcadis)

BOMMELERWAARD – Rijkswaterstaat gaat in drie gebieden van de Afgedamde Maas aan de slag om de variatie van flora en fauna te verbeteren. Het gaat om de Doornwaard ter hoogte van Bern, de Poederoijense Waard en de Slijkwellsche Waard.

Het is de bedoelding dat de variatie aan groeiplaatsen voor water- en oeverplanten en de leefgebieden voor vis en ‘macrofauna’ (kevers, slakken, insectenlarven en dergelijke) te vergroten. Dit gebeurt door bestaande geulen op te waarderen of nieuwe geulen aan te leggen. Door de oevers van de geulen met verschillende hoogtes en taluds in te richten, ontstaat er veel variatie in leefgebieden voor flora en fauna.

Rivierhout
Ook wordt een plas verontdiept en legt Rijkswaterstaat dode bomen als rivierhout onder water neer. Dood hout hoort van nature thuis in het landschap en werkt als een soort koraal waar het al snel wemelt van het onderwaterleven. De bomen worden onder water stevig verankerd om wegdrijven bij hoogwater te voorkomen.

Invloed van getij
Verder komen er plas-draszones en word de invloed van het getij vergroot door slib te verwijderen op plekken waar nu het in- en uitstromen van water wordt belemmerd.

Arcadis
Ingenieursbureau Arcadis heeft in opdracht van Rijkswaterstaat ontwerpen gemaakt voor de ecologische verbeterpunten. Naar verwachting worden de vergunningen in het voorjaar van 2023 ter inzage gelegd. Belanghebbenden kunnen dan eventueel een zienswijze indienen.

KRW
Een belangrijke basis voor de herstelmaatregelen is de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Daarin staan bindende afspraken om de oppervlakte- en grondwateren weer in goede toestand terug te brengen. Het waterleven in en langs de rivieren is de afgelopen eeuwen flink achteruit gegaan door allerlei menselijke ingrepen zoals het vastleggen van de oevers in steen en het afsnijden van rivierarmen en geulen.

Hieronder volgt per gebied langs de Afgedamde Maas een toelichting op de maatregelen:

Doornwaard (tekst gaat verder onder foto)

In 2011 is er al een geul aangelegd aan de Maasoever aan de noordkant van de zandwinplas. Deze geul blijft behouden. De beoogde ingreep richt zich op de zandwinplas tussen rkm 229.1 en 229.9. De wens is om deze gedeeltelijk om te vormen tot een getijdengeul waar vissen meer beschutting hebben en kunnen kiezen uit zowel ondiepe delen als diepere stukken in tijden van droogte. Verder wordt een gedeelte van de plas ondieper gemaakt en voorzien van enkele dode bomen als rivierhout. De oevers van de geul krijgen een flauwer verloop zodat hier een plas-dras-zone kan ontstaan. 

Meer landinwaarts in de uiterwaard bij Bern ligt de bestaande geul Het Zwin. De bedoeling is deze  hoogte van rkm 229.3 verder naar het zuiden toe te verlengen. Hier mag zich ooibos gaan ontwikkelen. Het gaat dan om bomen en struiken die goed gedijen in grond die regelmatig nat wordt of onder water staat. Ooibos hoort van nature bij een gezonde rivier. 

Poederoijense Waard (tekst gaat verder onder de foto)

De maatregel Poedenroijense Waard bestaat uit de realisatie van twee geulen in de uiterwaard bij het dorp Poederoijen. De bestaande plas ter hoogte van rkm 240.3 wordt aan beide zijden verlengd zodat er een geïsoleerde geul ontstaat. Dit wordt dan een nieuwe westelijke geul. Tussen rkm 240.10 en 239.8 omvat het plan het aanleggen van een tweede, oostelijke, geul. Oorspronkelijk was het de bedoeling om ook het deel er tussen in mee te nemen in het ontwerp. Dit is echter afgevallen omdat hier een gasleiding in de grond ligt. Daarom is deze maatregel in twee delen opgesplitst.


Twee bomen aan de zuidkant van de bestaande plas worden verwijderd, omdat die op de plek staan van de oeverrand van de toekomstige geul en daar weinig overlevingskansen zullen hebben. Mogelijk kunnen deze bomen in een van de uiterwaarden in de Afgedamde Maas een nuttig tweede leven als rivierhout krijgen. De overige vegetatie in en rondom de plas blijft behouden, dat wil zeggen: nuttig het riet, de wilgen en water- en oeverplanten. Ook de twee zwarte populieren in het uiterste oosten van het werkgebied blijven ongemoeid.

De onverharde toegangsweg in het maatregelgebied wordt verlegd en komt straks tussen de twee nieuwe geulen te lopen. Alle aanwezige rasters worden verwijderd. Daarentegen komt er een nieuwe – tijdelijke – afrastering aan de rand van de geulen. Zo blijft de gewenste moerasplanten beschermd tegen vraat door grazend vee. 

Slijkwellsche Waard (Zuid) (tekst gaat verder onder de foto)


De maatregel Slijkwellsche Waard ligt tussen rkm 229.1 en 230.7 en omvat de volgende ingrepen:

In het zuidelijk deel wordt de bestaande waterloop heringericht tot een natuurvriendelijke geul. Deze ligt geïsoleerd in de uiterwaard en zal (bij normale waterstanden) niet verbonden zijn met de Afgedamde Maas. Hiertoe wordt de waterloop met een gronddam afgesloten van de rivier. Bij hoogwater kan het water over de dam lopen waardoor de afwateringsfunctie van de geul behouden blijft. Is het hoogwater voorbij, dan kan de geul ontwateren via een duiker met klep in de gronddam.

Twee bomen worden hier verwijderd, omdat deze op de plek van de nieuwe oeverrand staan en daar weinig kans op overleven hebben. Ook bij deze bomen wordt gekeken of ze ergens als rivierhout kunnen worden toegepast. De bomenrijen aan de uiterste zuidpunt van dit gebied blijven behouden.

Verder krijgt de zuidgeul flauw oplopende oevers met veel kansen voor soorten die van rustig en plantenrijk water houden. Slib op bodem wordt verwijderd, zodat ook hier voldoende diepere delen komen waar vissen en andere waterdiertjes in drogere tijden terecht kunnen.

Slijkwellsche Waard (Noord) (tekst gaat verder onder de foto)

In het noordelijk deel wordt de huidige smalle geul opgewaardeerd tot een volwaardige getijdengeul met natuurvriendelijke oevers, die wel is verbonden met de Maas. Hier kunnen soorten die juist van stromend water houden gedijen. Bij de ingang van de geul wordt slib verwijderd om de in- en -uitstroom bij eb en vloed te verbeteren. Op deze plek is eveneens rivierhout gepland.

Bij de komvormige inham tussen de twee geulen komen natuurlijk oevers te liggen. Daarvoor worden de huidige oevers opgehoogd met zand. 

Alle aanwezige rasters binnen het maatregelgebied worden verwijderd. Daarentegen komt er een nieuwe – tijdelijke – afrastering aan de rand van de geulen, bij de overgang van moerasvegetatie naar grasland. Zo blijft de gewenste moerasvegetatie beschermd tegen het grazend vee. Ter hoogte van rkm 234.5 is verder nog een wandelbrug over de noordgeul gepland voor recreanten. Ook blijven de steigers zo bereikbaar voor de pleziervaart.

 

 

Tags

rijkwaterstaat,afgedamde maas,arcadis