bird
vrijdag 26 april | 21.38 uur

Vierde generatie Deckers staat klaar

img-1875-1
img-1963-1
img-1969-1

Veertig grote vrachtwagens rijden dagelijks vanuit Ammerzoden door de hele Benelux. De lading bestaat meestal uit groente, fruit, eieren en luchtvracht. Jan Deckers jr. nam het bedrijf (destijds een grossierderij in citrusvruchten en bananen en een transporttak) in de jaren negentig over van zijn vader Jan. Zijn vader, dus de opa van Jan jr., ventte langs de deuren in Den Bosch. De vierde Jan is momenteel 19 jaar en ziet zijn toekomst ook in dit Bommelerwaardse familiebedrijf. Zijn 14-jarige zus Elles heeft al aangekondigd dat ze haar vrachtwagenrijbewijs wil gaan halen

“Werken en ondernemen is me met de paplepel ingegoten”, vertelt directeur Jan Deckers (1971) van Jan Deckers Jr. B.V. Nationaal en Internationaal (koel)transport dat is gevestigd aan de Uilecotenweg. Samen met zijn zus groeide hij op in het huis naast het bedrijfspand. Zijn vader Jan en moeder Jet werkten keihard om van het bedrijf een succes te maken en Jan heeft van jongs af aan meegewerkt. “Door de week naar school en in de weekenden werken. Zo ben ik er ingegroeid.”

Toen hij het bedrijf in 1996 overnam reden er tien wagens rond met de naam Deckers erop. Inmiddels zijn het er veertig. In de loop der jaren heeft het bedrijf zich gespecialiseerd in koeltransport oftewel het vervoeren van bederfelijke waren voor de foodsector. “We kunnen koelen tot min 25 graden en verwarmen tot plus 30 graden”, vertelt Jan. “De producten worden bij ons geconditioneerd vervoerd. We vervoeren bladgroenten op 3 graden, tomaten op 10 graden en bananen op 13 graden. We rijden voor importeurs, exporteurs en retailers.”

Een deel van het bedrijfspand in Ammerzoden wordt gebruikt voor opslag. Zo stonden er in maart duizenden trays met eieren netjes op een rij in een enorme gekoelde hal. Te wachten op het moment voor vervoer in de aanloop naar Pasen. In een opslagruimte ernaast is het juist lekker warm, zo’n 21 graden. Deze loods staat vol met opslagkarren met zakken speciaal zaagsel waarop champignons groeien.

In 2005 kocht Jan een boerderij met grond, grenzend aan de achterkant van zijn bedrijf. Het duurde een paar jaar voordat hij een vergunning kreeg, maar toen kon hij aan de slag. “Het woonhuis hebben we laten staan, maar alle stallen en schuren hebben we gesloopt”, vertelt hij. “We hadden die ruimte nodig om onze vrachtwagens te kunnen parkeren. En ook hebben we een nieuwe loods kunnen bouwen met laaddocks.”

In een hoek van die loods staat de grote trots van het bedrijf: een Amerikaanse Volvo, die Jan tien jaar geleden importeerde vanuit Canada. Deze imposante vrachtwagen is te groot om dagelijks mee op pad te gaan, maar als de jaarlijkse 1000-assenrit wordt gehouden, een lange stoet vrachtwagens die mensen met een beperking een dagje meenemen, dan is de Volvo er steevast bij. Ook is hij vaak te zien op shows.

Op dit moment heeft Jan Deckers jr. Transport ongeveer zestig mensen in dienst. Een aantal van hen werkt op de administratie en planning, de meesten zitten dagelijks op de weg. Zelf heeft Jan ook een paar jaar gereden. “Soms mis ik dat gevoel van vrijheid”, mijmert hij. “Het geeft wel eens rust in je hoofd om gewoon van A naar B te rijden.” Hij is op dit moment hard op zoek naar nieuwe chauffeurs, omdat een aantal medewerkers richting pensioenleeftijd gaat. Er gaat ook wel eens iemand weg, ondanks dat we veel langdurige dienstverbanden hebben. “We zoeken mensen met diesel in hun DNA, mannen en vrouwen die affiniteit hebben met vrachtwagens. Onze werknemers zijn ons kapitaal. We zijn er dan ook erg trots op dat we zoveel langdurige dienstverbanden hebben.”

Jan ziet de toekomst optimistisch tegemoet. Zijn bedrijf heeft meerdere prijzen in de wacht gesleept op het gebied van duurzaamheid, zoals de Lean & Green Award en de Lean & Green Star. Elektrisch rijden zit er volgens hem nog niet in voor het lange afstandsvervoer vrachtverkeer, ‘de actieradius is nog te klein’. Wel ziet hij veel mogelijkheden voor fijnmazige stadsdistributie. Grote vrachtwagens kunnen hun lading dan lossen in ‘hubs’ (centrale overslagpunten) aan de rand van de stad, zodat het vervoer met kleinere, elektrische, voertuigen verder kan. “Schoner dan we op dit moment zijn, kan het eigenlijk niet”, zegt hij. “We hebben nu bijna geen CO2 uitstoot, de motoren zijn op hun schoonst. Maar over een jaar of tien zal er beduidend minder diesel getankt worden, dan kunnen we misschien wel over naar waterstof. Een tussenoplossing tussen diesel en waterstof is LNG, een vloeibaar gas waardoor er ook bijna geen CO2-uitstoot is.”

Verder lezen

Tags